Hendrik Hoeksema, voorzitter van de Raad van Toezicht

Komende zomer treed ik, na 10 jaar, af als voorzitter van de Raad van Toezicht.
Voor ik hieraan begon was ik wethouder in de gemeente Oss, met zowel zorg als ruimtelijke ordening in mijn portefeuille. Zo kreeg ik te maken met de plannen voor de nieuwbouw van Oase. Daar gingen fusiebesprekingen van Oase met de Stichting Terminale thuiszorg aan vooraf. Toen zijn de kiemen, de basis van onze mooie organisatie gelegd.
In eerste instantie kwam er een noodgebouw op het veld hiernaast. Eind 2017 werd dit nieuwe mooie gebouw opgeleverd. Het idee van een hospice was mij al langer bekend, denkend vanuit de gemeente en haar inwoners. Het is onderdeel van de vraag hoe mensen in onze samenleving oud worden en wie voor de zorg verantwoordelijk is.

Hendrik HoeksemaAls Raad van Toezicht kijken we mee

Toen ik wethouder af was, werd ik voor de Raad van Toezicht gevraagd, en dat deed ik graag. Oase Hospice en Thuiswaken wordt gerund door de directeur en het team van coördinatoren. Samen met meer dan honderd vrijwilligers draaien ze de boel. De Raad van Toezicht staat op afstand en controleert hoe de uitvoering is geweest. We denken mee over het beleid voor de langere termijn. Houden in de gaten of we goede zorg kunnen blijven leveren, financieel goed draaien, en of de bedbezetting zo hoog mogelijk is. De combinatie van bijna thuis en de kwaliteit van de zorg is geweldig. Ik ben erg trots op de Oase en al de vrijwilligers die dit werk mogelijk maken.
Samen met de directeur zijn we proactief naar de gemeentes die ook hun steentje bijdragen en werken we mee aan een grotere naamsbekendheid onder verwijzers zoals huisartsen.

Oase staat in het hart van de Osse samenleving

We voelen ons gesteund door bedrijven en mensen in Oss en omgeving. Donaties en sponsoring in natura maken het mogelijk om iets extra’s te doen en dat is fantastisch.
Over de locatie in deze gewone woonbuurt hebben we nooit discussie gehad. Ik geloof daar ook erg in; dood gaan is onderdeel van ons leven en mag in de samenleving zichtbaar zijn. Laten we mensen een waardig einde gunnen op een manier zoals ze dat willen. Ook als het thuis niet meer kan.
Het is hier allemaal vrijwilligerswerk, zoveel mensen die begaan zijn met anderen en zich inspannen om iemand in de laatste dagen van zijn leven een vredige plek te bieden.
Die vrijwilligers brengen allemaal contacten, hun netwerk mee en ook dat vergroot de verbondenheid met de samenleving.

Of de zorg in die tien jaar veranderd is?

Ik vind van wel, het is een klein beetje zakelijker geworden. Er wordt bijvoorbeeld een eigen bijdrage gevraagd en we houden de bedbezetting strenger in de gaten.
Maar ik heb de zorg ook zien veranderen naar meer gerichtheid op de bewoner, wat die wil en nodig heeft. Bijvoorbeeld de kookvrijwilligers die koken waar de bewoners zin in hebben, je eet niet wat de pot schaft en je ontbijt wanneer je wil. Er kan een bed gekoppeld worden aan dat van een bewoner zodat de partner kan blijven slapen. Het is meer ‘thuis’ of ‘bijna thuis’.

Dat ‘bijna thuis’ heb ik vorig jaar zelf meegemaakt. Een goede vriendin van ons is hier overleden. Er was al bij haar thuis gewaakt door Thuiswaken maar ze had meer rust nodig en wilde daarom naar het hospice. We konden op elk moment van de dag binnenlopen, voelden geen enkele barrière en dat heeft ons zo goed gedaan.

Je moet altijd je hart open houden

Het mag meer bekend worden dat Hospice Oase en Thuiswaken er is voor wie dat nodig heeft. Bijvoorbeeld, Thuiswaken biedt ’s nachts en overdag hulp aan mensen in een terminale fase in de thuissituatie. Maar onze vrijwilligers kunnen ook worden ingezet als je ergens bent opgenomen. Nu er steeds meer signalen komen dat in de reguliere zorg het waken bij een stervende niet meer kan worden gerealiseerd, staat Thuiswaken klaar. Als dat in een verpleeghuis moet, dan is dat maar zo.
Het gaat mij erom dat degene die het nodig heeft niet in de steek gelaten wordt.