Ron van Groesen, Uitvaartzorg van Lith
‘Een overlijden kan bij ons dag en nacht worden gemeld. Als uitvaartassistent word ik dan opgeroepen om bijvoorbeeld in hospice de Oase die en die op te halen en naar het uitvaartcentrum te brengen. Daar wordt de overledene verzorgd en opgebaard, maar dat laatste kan ook thuis. In het hospice wordt iemand nooit opgebaard.
We zijn er meestal binnen het uur. Eerst stellen we ons voor aan de nabestaanden en condoleren natuurlijk. Je maakt een praatje, vraagt hoe lang de overledene hier in het hospice is en wat het ziektebeeld was. Die belangstelling wordt erg op prijs gesteld. Mensen vinden het fijn om hun verhaal te doen, en wij leren de overledene een beetje kennen. En dan komt het moment dat we de overledene op de brancard gaan leggen. Als ze willen mogen de nabestaanden daar bij helpen.
We komen altijd met tweeën, liefst een man en een vrouw. Dat is fijn als je bijvoorbeeld iemand moet wassen, een dame wordt door een dame gewassen.’
Een passend ritueel van uitgeleide
‘Hospice Oase heeft een baarkleed dat we over de brancard leggen, mooi patchwork dat door vrijwilligers is gemaakt. Alle medewerkers die in huis zijn komen naar de hal, bij de voordeur. Wij lopen met de brancard langs het rijtje mensen. Even staat alles stil. Wij vragen de familie of ze nog iets willen zeggen, of dat we in stilte gaan. Ik vind stilte altijd heel mooi. Soms brandt er een kaarsje, er wordt ook wel eens een gedicht voorgelezen. Laatst werd er gitaar gespeeld door een vrijwilliger. Dat persoonlijke wordt enorm gewaardeerd door de nabestaanden.’
Wie hier is gekomen gaat respectvol weg
‘Bij de auto halen wij het kleed van de brancard en geven het terug aan jullie. We zetten de brancard in de auto, wachten nog even, knikken naar de familie en sluiten de klep van de auto. Een van ons gaat achter het stuur, de collega loopt voor de bus uit tot bij het fietspad, daar stapt die in.
Heel langzaam rijden we weg en de familie kijkt ons na. En dan nemen jullie van het hospice de zorg voor de nabestaanden weer over. Soms willen mensen meteen de kamer opruimen en alles meenemen. Maar ze kunnen ook naar huis gaan en eerst de uitvaart regelen. Als het midden in de nacht is raden we aan om nog een beetje proberen te slapen, ’s morgens komt er alweer een collega van ons om de uitvaart te bespreken. Het is hier anders dan in een ziekenhuis. Als wij daar iemand komen ophalen heeft de familie al eerder afscheid genomen en is naar huis.’
Je ziet een hoop verdriet maar het is geen verdrietige baan
‘Ik doe betekenisvol werk. Je bent gefocust en scherp om goede zorg te verlenen, menselijk en professioneel. Ten aanzien van kleding is de uitvaartbranche best behoudend; wij lopen in een net pak, je moet kunnen zien dat wij van van Lith zijn. En ondanks dat wij veel verdriet zien, hebben we het ook gezellig met collega’s, en heel belangrijk: steun aan elkaar bij moeilijke momenten die iedereen wel eens ervaart.’